Subsidie voor kleine landschapselementen

Voor de aanleg van KLE’s in landelijke gebieden en die niet in aanmerking komen voor subsidiëring via de beheerovereenkomsten van de Vlaamse Landmaatschappij wordt er een subsidie verleend voor:

  • De aanplanting van hagen, heggen, struwelen, houtkanten, knotwilgen, hoogstammige fruitbomen en bomenrijen bestaande uit streekeigen boom- en struiksoorten zoals opgenomen in de bijgevoegde lijst.
  • De aanleg van amfibieënpoelen.

De subsidie voor de aanleg van kleine landschapselementen wordt éénmalig uitgekeerd met een maximum van 250,00 euro per aanvrager per jaar.
Welke werken komen in aanmerking:

  • De aanplant van een haag of heg: 1,00 euro per lopende meter gerealiseerde aanplant.
  • De aanplant van een houtkant of struweel: 0,50 euro per m² gerealiseerde aanplant.
  • De aanplant van een bomenrij:
  • met hoogstammig, beworteld plantgoed: 10,00 euro per boom.
  • met niet-bewortelde poten: 2,50 euro per poot.
  • De aanplant van een hoogstamboomgaard: 10,00 euro per boom.
  • Een gecombineerde aanplant van een haag of heg of houtkant met bomen geldt een cumulatie van de overeenkomstige bedragen.
  • De aanleg van een poel: 5,00 euro per m² gerealiseerde aanleg.

Voorwaarden

Voorwaarden

Voorwaarden: 

  • Aanplantingen voor louter commerciële doeleinden komen niet in aanmerking voor een toelage voor aanplanting.
  • In gebieden waar de open ruimte van belang is voor weidevogels worden geen subsidies uitgekeerd voor de aanplanting van KLE’s. De aanleg van een poel in weidevogelgebieden komt echter wel in aanmerking voor subsidies. Voor de aanleg van kleine landschapselementen mogen enkel streekeigen struik- en boomsoorten worden aangewend.
  • Voor een haag of heg dient de aanplanting een lengte te hebben van minimaal 25 meter. De plantafstanden zijn 25 cm in hagen en 50 cm in heggen. Het plantgoed heeft een minimumformaat van 60 tot 80 cm hoogte.
  • Voor een houtkant of struweel dient de aanplanting een lengte te hebben van minimaal 25 meter en een minimale breedte van 3 m. De plantafstand in houtkanten en struwelen is 1 m. Het plantgoed heeft een minimumformaat van 60 tot 80 cm hoogte. Een hakhoutkant moet bestaan uit soorten die de eigenschap hebben om uitlopers en/ of nieuwe loten te vormen.
  • De aanplanting van een bomenrij betreft minstens 10 bomen voor beworteld plantgoed en 20 bomen voor niet-bewortelde poten. Het plantgoed heeft een stamomtrek van minstens 12 tot 14 cm op 1 m hoogte. De plantafstand in de bomenrij bedraagt 7 tot 10 m voor hoog-stammige bomen en 5 tot 7 m voor knotbomen.
  • De aanplanting van een hoogstamboomgaard bestaat ten minste uit 10 hoogstammige vruchtbomen.
  • Een poel moet een oppervlakte van minimaal 25 m² ter hoogte van het maaiveld bezitten en op zijn diepste punt minstens 1 m diep zijn. De poel dient ingericht te worden als amfibieënpoel en moet het jaar rond water bevatten. De oevers moeten glooiend aangelegd worden en bij beweiding volledig of gedeeltelijk afgeschermd worden d.m.v. raster. Er mag evenwel geen waterfauna in de poel worden uitgezet. Bovendien mag de poel niet worden uitgerust met kunstmatige nesten voor watervogels.

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente.
 

Procedure

Procedure

De subsidie wordt aangevraagd bij de gemeente. 

Subsidiereglement

Subsidiereglement

In zitting van 30 januari 2023 werd door de gemeenteraad een subsidiereglement voor duurzaamheids-, klimaat- en biodiversiteitspremies goedgekeurd.